Van Antwerpen naar de Waddenzee: dag 7

 De woonboot baadde gisterenavond in het licht van honderden lampen. Onder de brugbogen vierden vele jonge studenten de zomer met muziek, drank en streetfood. De ambiance was er en wij genoten mee vanop het voorplecht van de boot.

Deze morgen genoten we nog van een ontbijt in het zonnetje, ditmaal opgediend door een Zuid-Afrikaanse studente die nog niet helemaal wakker leek. Maar dat was geen probleem, het ontbijt was oké.
Vandaag trekken we door twee streken die we enkel van naam kennen: de Betuwe en de Hoge Veluwe.
De warmte deert ons niet, want al fietsend geniet je van een zelf aangedreven ventilator.
We moeten richting Arnhem en daarvoor moeten we door de fruit- en graanstreek van de Betuwe. Hier woedde naar het einde van WO II toe een wrede strijd voor de verovering van de bruggen over de Waal en de Neder-Rijn. De Duitsers noemden de Waal rug de toegangspoort tot het Vaderland. De strijd bleef hier haperen na de mislukte operatie Marketgarden en de bevolking leed zeer zwaar onder de bommen en de mijnen.
Arnhem, aan de oevers van de Nederrijn is dan weer een aantrekkelijke stad. Warm vandaag.
Onmiddellijk daarna voelen we de weg stijgen richting de Veluwe. Het lijken hier wel de Ardennen.
We moeten de Rijnvallei uit om aan de ingang van het Natuurpark Hoge Veluwe te komen. Ingang? Inderdaad, hier moet je toegangsgeld betalen, omdat het park niet afhankelijk wil zijn van subsidies. Maar het is wel de moeite.
Het grote gebied bestaat uit naaldbos, loofbos, heide, zandverstuivingen en landbouwgronden.
Het natuurgebied is gelegen op de zandgronden van de Veluwe en is grotendeels gevormd door water, ijs en wind. De stuwwallen zijn ontstaan in de voorlaatste ijstijd doordat gletsjers hun puin tot hier voortduwden. In de Middeleeuwen ontstonden onder menselijke activiteiten grote stuifzandcomplexen. En net die combinatie geeft dit gebied zo’n soms surrealistische aanblik.
En midden in dat gebied vind je dan cultuur van topniveau: het museum Kröller-Müller. Tijd om van de fiets te stappen en Vincent Van Gogh eens van nabij te bekijken. Het is er niet te druk, dus we hebben alle kans om dat te doen. Ook het beeldenpark errond is het bezoeken waard. Zowaar ligt hier een Constant Permeke.
Grappig hoe ze hier het sluitingsuur aankondigen. Op de fiets trekken museumbewakers rond en roepen “Het museum sluit, the museum closes”. We worden als schapen naar de uitgang geduwd.
Nog 13 kilometer naar het hotel en plots, daar rechts, net na de uitgang van het park… een hertentroep. Een tiental grote dieren staat aan de bosrand. Prachtig. Samen met andere passanten genieten we van de statige dieren.
Nog even op de pedalen en om 18u komen we aan bij het hotel. Even overvalt ons een golf van ontgoocheling. Ja, er is een restaurant bij het hotel en neen, u kunt niet eten want alles moet besteld zijn VOOR 17u! Hoe kunnen wij dat nu weten als het nergens vermeld wordt. Blijkbaar herkent ze onze vertwijfeling en oef, ze kunnen nog een uitzondering maken. Oef! Food!
Weer een boeiende en leuke, maar ook snikhete dag. Tijd voor een douche.




















Reacties

Populaire posts van deze blog

Van Antwerpen naar de Waddenzee: dag 14

Verkenning van het Gardameer, dag 10

Nieuwe fietsen... Batavus Apache Supreme