Dag 33 - Puerto de Pedrafita do Cebreiro - Portomarin - 78 km

"De laatste loodjes wegen het zwaarst". Hoe waar is nu ook weer dit spreekwoord. Met Santiago in zicht komt elke heuvel hoger en elke klim zwaarder over.
Deze morgen hebben we ons privé cultureel centrum weer netjes achtergelaten en zijn we aan de laatste 8 km omhoog begonnen. Eerst de Cebreiro (1310m), dan de Alto San Roque (1270m), dan de Alto do Poio (1335m). Zwaar, maar het uitzicht over de lagere delen van Galicië is wonderbaar mooi. Wij zitten boven de wolken en dat heeft een bijkomende speciale touch aan het landschap.

Voor de koffie moesten we wachten tot in Cebreiro, want in het dorp waar we sliepen was nog niets open. Zelfs de bakker opent om 10u.
In Cebreiro hangt een zeer commerciële sfeer die me doet denken aan de gelijkaardige overdreven commerciële drang naar valse authenticiteit als in sommige dorpen in Wales, Cornwall of Bretagne.
Het krioelt van de "pelgrims". Nu pas begrijpen we de opmerkingen die we eerder lazen in andere reisverslagen over de manier waarop een pelgrim reageert op "easy travel"-pelgrims. We zien er hier toekomen per taxi of touring car, de bagage wordt achtergebracht. De nette fiets wordt van het imperiaal gehaald, flitsend courreurspakje aan, schelp ombinden, stempeltje halen en de helling af. Een van de flitsende "pelgrims" ziet dat we van België komen en als ie hoort dat we de ganse 2200 km op eigen kracht, in één trek afwerkten, wijst hij naar de naafdynamo en -rem: "But you have electric bikes! No?". Ik kan niet laten hem te laten merken dat we dat géén leuke opmerking vinden.

We zoeven naar beneden richting Triacastela en Samos. Dat laatste, kleine dorp rond een enorm monastirio is een ideale plek om te eten. Een eenvoudig menu op een voorlopig leeg terras. Midden de maaltijd komt een eindeloos lijkende groep "autocarpelgrims" uit Torrevieja de aanwezige eters steeds verder in de hoekjes drijven. Waar blijven ze die mensen halen?

Na weer ettelijke "klimmetjes" (da's dan volgens de woorden van de reisgids, maar het zijn verdorie sleurhellingen van 5km aan 7 à 8 %) komen we moe en uitgeput aan in Portomarin. Net bij het binnenklimmen van het dorp slaat mijn versnelling in de spaken. Eén spaak moet er aan geloven. Vloekend (sorry Jacob) zweten we ons de onmogelijk steile helling naar de camping op. De vriendelijkheid van het toeristisch personeel in Spanje bereikt hier het summum. De uitbaatster achter haar balie doet waarschijnlijk mee aan een internationale wedstrijd "maak je klant belachelijk". Wij proberen ons uit te drukken in het Nederlands, Engels, Frans, Duits,Sloveens, Spaans... Zij alleen in alle vormen van Spaans. Ze trekt gezichten wanneer we haar niet onmiddellijk begrijpen en laat daarbij duidelijk zien dat het niet normaal is dat wij het Castilliaans niet 100% machtig zijn. We denken insgelijk, "mens zoek een andere job".
De camping staat vol campers waaruit weer massa's luxepelgrims komen, we zitten immers op 100 km van de eindbestemming. Het belooft weer een "stille nacht" te worden. Morgen gaan we dan weer op en neer. "'t Is tiet tat uut is".
Bedankt aan Tonny en Tamara dat ze gisteren onze auto in Santiago parkeerden. We zullen op onze knieën vallen als we het stalen ros zullen terugzien.

Mobiel verstuurd via HTC TOUCH D2.

Reacties

  1. Jullie leveren een erg knappe prestatie. Als je al 33 dagen onderweg bent besef je dat wellicht niet meer, zeker niet als de luxepelgrims ziet, maar wat je nu doet vergeet je een gans mensenleven niet meer. Ik heb veel respect voor wat jullie aan het doen zijn!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. The goal is in sight. You will get there without spokes!
    Harold

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Van Antwerpen naar de Waddenzee: dag 14

Nieuwe fietsen... Batavus Apache Supreme

Verkenning van het Gardameer, dag 10