Denemarken, dag 10, Stege- Næstved
Het kan niet elke dag een betoverend avontuur zijn van ‘s morgens tot ‘s avonds

We waren enigszins ongerust door de voorspelde sterke wind, dus we zaten op tijd op onze fiets voor de 75 km van vandaag.
Na het ontbijt bij de glamping Helles Have nabij Stege, vertrokken we eerst naar Stege, om daar langs de zuidoever van de Stege Bugt naar de Prinses Alexandrinebrug te rijden. Die hoge brug overspant het water naar Kalvehalve. Ik heb de indruk dat we altijd tegenwind hebben als we het water over moeten. Nu is het ook weer van dat. En zo komen we op weer een ander eiland: Sjælland ofwel Zeeland.Daarna volgen 23 km naar Vordingborg.
Op en neer door bos en akkerland. Af en toe krijgen we een blik op het water van de Ulvsund. We beslissen om ‘s middags iets te eten te zoeken nabij Vordingborg. Aan de jachthaven maken we een uitstekende keuze door te kiezen voor het restaurant Marina Fisk. We weten ondertussen dat we met een stjerneskud nooit fout zitten. Toast, roze garnalen, vis, gepaneerde vis, gerookte zalm, asperges en lompviseieren. Het is wat anders dan een Wienerberger schnitzel
Maar, we moeten aan de toog bestellen en daarna roepen ze buiten je nummer af wanneer het eten klaar is. Nummer “1985”. Begin er maar aan als Vlaming als ze straks buiten komen met “ Et tusind ni hundrede og femogfirs.” of zoiets. Ik vraag aan de Denen naast ons om hulp. Willen ze ons arme Vlamingen a.u.b. verwittigen als ze ons nummer horen? Van het een komt het ander en zo raken we in gesprek en… raken we aan ons eten
We kregen van onze buren zelfs 2 schnapps aangeboden. Weigeren helpt niet. “It is good schnapps, made purely of potato”. En omdat Ria alkohol niet lust, moet ik er twee achterover slaan. Als dat maar goed komt
Als we later vertrekken, dank ik hen voor de assistentie en voor de twee aardappelen 




In de vestingstad Vordingborg wordt alles in gereedheid gebracht voor een groot muziekspektakel. En er is straatanimatie. Een vreemde combinatie van wafelbakkende dames, een viskraam, brocanteverkopers, ouderwetse kermisattracties, rodeomachines, snoepgoed…
Het verdere verloop van de tocht is geen groot avontuur. Wind, weinig te beleven, vaak grindwegen en op en neer. De zon heeft ons ook aan ons lot overgelaten, maar het blijft warm genoeg om in t-shirt te fietsen. We fietsen de ganse namiddag in een café-taverne-herberg-woestijn. Niets valt er te rapen. De Duitse fietser waar we kilometers verder even mee praten deelt ons gevoel…
We zijn blij wanneer we eindelijk de oevers van het Dybsø fjord bereiken. Daar kunnen we genieten van de overvliegende ganzen. Zouden die ook onze polders kennen? En toch, we moeten nog even op de tanden bijten, omdat er nog een stuk van het landschap besliste om een heuvel voor onze wielen te schuiven en een bos en een grindweg door het bos. Pffff… Maar toch kan er nog een liefelijke moment van af. Op het pad zit een haasje. We houden ons stil. Het diertje komt steeds dichterbij. Tot we op 10 meter afstand mekaar muisstil gadeslaan. De haas blijft onbeweeglijk zitten. Dit duurt enkele minuten, tot Zoef de Haas beslist om er vandoor te spurten … en wij zoeven (allez, dat is misschien overdreven) er ook vandoor voor de laatste 2 kilometer tot aan de B&B.
We worden er hartelijk ontvangen. Tijd voor een deugddoende douche.
Reacties
Een reactie posten