Prospectiereis Spanje dag 2: Léon - Lugo
Na een verkwikkende nachtrust in Léon en een vroeg ontbijt, is het tijd om Léon verder te verkennen: de kathedraal staat op ons programma. Het bouwwerk stelt ons in haar gotische schoonheid niet teleur. De ranke zuilen van het middenschip ondersteunen een heel mooi driedelige opgang met een zuilengalerij, een triforium en daarboven een schitterende glaspartij. De lichtheid waarmee de ontwerpers in de 13 de eeuw dit gebouw opbouwden is gewoon indrukwekkend. Tel daarbij de straalkapellen, het koor en de mooie brandglasramen en je krijgt een gebouw waar je niet op uitgekeken geraakt. Je kunt bij de ingang ook een koptelefoontje meekrijgen die je in het Nederlands tekst en uitleg geeft (6 euro ingang).
We verkennen ook de Romaanse Sint-Isidorobasiliek. Hier zijn het de tongewelven die het dak ondersteunen.
Op de toeristische dienst, vlak tegenover de kathedraal leggen ze me enthousiast alles uit wat ik nodig heb om een autocarreis te organiseren: de autocarparking, de hotels en restaurants met vermelding van het maximum aantal gasten.
Vanuit Léon willen we vandaag vooral de route doen die we samen met onze kinderen fietsten in 2010. We rijden vanuit Léon richting Astorga en passeren langs Hospital de Orbigo waar we een omweg maken om de middeleeuwse brug over de Rio Orbigo te kunnen bewonderen. Eindelijk zie ik ze even zonder stellingen. Een hele mooie boogbrug die reeds in de middeleeuwen de pelgrims de gevaarlijke rivieroversteek bespaarde.
Astorga zelf is nog net zoals ik het me herinner. De mooie kathedraal en vooral het paleis van de Catalaanse architect Gaudi. Hij volgde de werken samen met de bouw van zijn Casa Botines in Léon. Het zijn de enige verwezenlijkingen van Gaudi buiten Catalonië. Op het marktplein dreunt de klok het uur. Een mechanisch mannetje en vrouwtje slaan daarbij met grote hamers op de klok.
Na Astorga trekken we verder de heuvels in, richting de besneeuwde Cruz de Ferro en het bergdorpje El Acebo. Hier sliepen we ook in 2010. We zien overal pelgrims, meestal stappers en af en toe ook fietsers. Deze mensen zo zien stappen roept warme herinnering aan mijn eigen wandelavonturen bij me op. Daarna weer bergaf naar Ponferrada met zijn groot tempelierskasteel.
We maken een omweg naar een stukje Unesco Werelderfgoed: las Medulas. De oude Romeinse goudmijnen, die ze, laat ons eerlijk zijn, van de Kelten afpakten. Het zijn indrukwekkende, okerkleurige enorme afgravingen in de heuvels. De dagbouwmijnen lieten in het landschap grotten, groeven en rotskegels over die scherp contrasteren met het groen van de omringende heuvels. Zeer mooi om te zien en zeker de omweg waard.
Daarna is het weer lang klimmen naar Pedrafita de Cebreiro. Ik sta nog altijd in bewondering voor het klimwerk dan onze meisjes in 2010 presteerden. De klim blijft duren. Vanuit Pedrafita gaan we naar het oude O Cebreiro waar je nog authentieke palozzas kunt bezoeken. Het zijn oude woningen met een stenen basis en een rieten dak waarin mensen en dieren samenwoonden.
Over de besneeuwde Alto de San Roque en de Alto de Poio en dan de lange afdaling richting Samos en Sarria. Rond 20:15u bereiken we het bijzondere Lugo. Deze grote stad is nog volledig omgeven door zijn oude stadsmuren. Deze twee kilometer lange omwalling kun je volledig rondwandelen op de muren. Dat is voer voor morgen.
Eerst avondeten in de Café del Centro. Ik zet de angst voor bacalao van mij af en bestel eerst zamarinas (bonte kamschelpen, een soort kleine Sint-Jacobsschelpen in de oven gegaard met look) en daarna de bacalao van het huis. Gezouten kabeljauw met aardappelen, paprika en ajuin. Wonder boven wonder… ik vind het heerlijk. Weer een mirakel op de Sint-Jacobsroute: Wim eet graag vis
Reacties
Een reactie posten