Kaarten, taarten en Olav.

Hoe kun je beter met de neus op de feiten gedrukt worden, dan door je neus effectief boven het onderwerp te houden. Onze keuken veranderde sinds dit weekeinde in een Santiago “war-room”. We namen twee Michelinkaarten met schaal 1/.1000.000, één van Frankrijk en één van Spanje. We plooiden en vouwden naar best vermogen en schoven de twee overlappende delen netjes over mekaar. Goed nakijken dat die honderden gele, witte en rode wegen precies op mekaar passen en je hebt je ideale Compostella-gespreksonderwerp voor elke maaltijd. Het ontbijt ’s morgens vroeg, het middagmaal tijdens het weekend en het avondmaal krijgen op deze manier een drastisch internationaal karakter.

Met een krakende, heerlijke pistolet in je mond glijden je ogen van rechtsboven de kaart naar linksonder. Jongens, wat een lange lijn. Het was al zo’n werk om de weg netjes over te tekenen met een zwarte en een rode stift. Wat moet dat dan niet zijn als je werkelijk, op de fiets, in een 1.000.000 maal groter landschap rijdt. Hoe dan ook, het is de ideale manier om de verschillende reliëftypes voor je te kunnen zien. De vlakke polders daar in het noorden, de grootstedelijke gebieden zoals Lille, Parijs, Bordeaux, … de heuvels her en der en dan die Pyreneeën. Ook niet te vergeten, dat ferme hoogteverschil op de grens tussen Galicia en Castilla y Leon. En dan uiteindelijk, daar, helemaal links op die onderste kaart, dicht tegen het einde van het Iberische schiereiland ligt dan Santiago de Compostella. Leg daarop nog eens een klimatologische laag, en de afwisseling die ons te wachten staat is volledig gepresenteerd.

Nu zien we voor het eerst ook duidelijk ons drie keuzemomenten op de tocht:
1. gaan we door Parijs of gaan we te noorden van de Franse hoofdstad verder,
2. gaan we vanaf Poitiers westelijk langs de kusten van de Atlantische Oceaan, of trekken we over Angoulême,
3. gaan we de Pyreneeën over via de pas van Roncevalle of fietsen we verder naar de Col de Somport om zo dan toch die speciale brug in Puente la Reina y Jaca te kunnen bewonderen.
Vooral die laatste keuze optie zorgt voor twijfel. Heeft iemand ervaring met één van beide alternatieven? Laat ons dan alsjeblieft iets weten. Is de ene weg leuker dan de andere, moeilijker, cultureel-historisch interessanter,… alle tips helpen.

Ondertussen vervolledigden we ons fietsuitrusting met fietstassen voor op de voordragers van de fietsen van de ouders. De meisjes willen we niet opzadelen met die extra last. We vonden de tassen uiteindelijk bij de A.S. Adventure. De Vaude Road Master Front was er tijdens de solden te koop voor 52 in plaats van 75 euro. Mooi meegenomen, en bovendien, ze passen. Nu nog enkel lichtere slaapzakken vinden en we zijn helemaal compleet. Aan één ding moeten we echter dringend beginnen: oefenen! Vorig weekend namen we al de fietsen mee naar Liedekerke. Vandaar reden we naar Geraardsbergen. Wat kan een echte mattentaart bij Olav toch deugd doen, en vooral energie geven. Zoveel energie zelfs dat we in één ruk dan maar de Muur over fietsen. Weliswaar in de allerkleinste versnelling en met doorslippende achterwielen, maar we deden het toch. Ik had de indruk dat die Muur veel korter was dan wat ik op de teevee zie tijdens de uitzending van de Ronde van Vlaanderen. We namen er dan ook maar de Bosberg bij, zo konden we tenminste ook eens naar beneden zoeven richting Grimminge. Al bij al een leuke tocht, maar het demonstreerde duidelijk dat we nog heel wat zullen moeten oefenen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Van Antwerpen naar de Waddenzee: dag 14

Nieuwe fietsen... Batavus Apache Supreme

Verkenning van het Gardameer, dag 10